VIL test met succes intern transport op waterstof
Waterstof is geen verre droom meer. Dat is de conclusie van VIL, dat met het project Hydrolog gedurende zes weken een waterstof aangedreven terminaltractor en een vorkheftruck testte op twee terminals in de Antwerpse haven. De demonstraties tonen aan dat waterstof als zero-emissie brandstof op een veilige en performante wijze kan worden ingezet voor de aandrijving van zwaar logistiek equipment.
Volgens VIL zijn voertuigen op waterstof technisch en operationeel perfect inzetbaar. Hoewel de technologie om verdere implementatie vraagt om een aantal kinderziektes de wereld uit te helpen, is waterstof een zero-emissie en geluidsarm alternatief voor diesel bij logistieke operaties waar batterij-elektrische varianten minder tot hun recht komen. Daar waar vermogensvragen de implementatie van de bestaande batterijtechnologie overstijgen, komt waterstof in aanmerking.
Voor de belevering op de terminals (van AET en PSA) werd gekozen voor een mobiel waterstoftankstation. VIL heeft aangetoond dat het mogelijk is de opslag en het ‘vertanken’ van waterstof te vergunnen, zelfs in een omgeving met hoge veiligheidseisen. Wel zijn die vergunningstrajecten tijdrovend en kostelijk omdat de wetgeving nog niet ten volle voorzien is op deze nieuwe brandstof.
Ook de impact op het vlak van de bedrijfsorganisatie en de interne veiligheidsprocedures mogen niet worden onderschat. Dat gaat van de praktische inrichting van een tank- en opslag site met hekwerk, aanrijdbeveiliging, stroomvoorziening en aarding, over interne procedures zoals noodplanning, tot organisatorische aanpassingen om waterstoftoestellen optimaal in te zetten in de bedrijfsvoering.
Het prijskaartje vormt volgens VIL nog een hinderpaal. Gelet op de kostprijs van de tankinfrastructuur komen batterij-elektrische heftrucks voordeliger uit, maar wanneer de personeelskosten voor verminderde productiviteit omwille van batterijwissels en de verwachte prijsdaling voor waterstof mee in rekening worden gebracht, slaat de balans over in het voordeel van waterstof. Om bedrijven bij hun keuze te begeleiden, heeft VIL samen met WaterstofNet een ROI-tool ontwikkeld waarmee bedrijven de Total Cost of Ownership van een vloot op waterstof kunnen berekenen.
Op relatief korte termijn liggen de grootste toepassingsmogelijkheden in havenomgevingen, meent VIL. Daar is vandaag al waterstof aanwezig, bijvoorbeeld als feedstock van de petrochemie, en zal er in de toekomst veel (groene) waterstof beschikbaar komen gelet op de grootschalige elektrolyseprojecten (‘waterstoffabrieken’) die in de havens op stapel staan en toekomstige import van waterstof of afgeleiden. Die waterstof zal (deels) gaan naar heavy duty transport (scheepvaart, trucks, havenlogistiek, treinen, …) als duurzame brandstof.
Deelnemers aan het project zijn: Aertssen, Air Liquide, Antwerp Euroterminal (AET), Brussels Airport, Delhaize, DEME, Ecosource, Engie Electrabel, Fluxys, Inovyn, Kalmar, Motrac, MPET, POM Limburg, PSA Antwerp, Rentaloc, Still en Toyota Material Handling.
Projectpartner: WaterstofNet
Het project wordt gesteund door VLAIO, het Agentschap Innoveren en Ondernemen.