Europa pakt oneerlijke concurrentie in wegvervoer aan
Europa heeft voorstellen geformuleerd die onwettige en oneerlijke concurrentie in het wegvervoer moeten wegwerken en in de plaats zullen komen van de nationale maatregelen.
Volgende voorstellen werden opgenomen en zullen in de komende maanden in het Europees Parlement en de Raad worden besproken:
- Het sociale probleem van het detacheren van werknemers zal sectorspecifiek door Europa worden aangepakt. Chauffeurs die meer dan drie dagen per maand actief zijn in een andere lidstaat waar het salaris hoger is dan in hun eigen land, hebben recht op het hogere loon.
- Toepassing van de wetgeving voor de toegang tot het beroep van wegvervoerder wordt uitgebreid naar voertuigen onder 3,5 ton. Een groeiend marktsegment, mede door het succes van de internetverkoop die volledig buiten de Europese wetgeving valt.
- Strijd tegen de postbusfirma’s door bijkomende controles en verplichtingen voor de lidstaten. Zo zou er ook een minimale tewerkstelling in het land van vestiging moeten zijn in functie van de grootte van het transportbedrijf.
- Het symbooldossier over de cabotage ligt opnieuw op tafel. Belangrijke eisen van de Vlaamse wegvervoerders (o.a. verenigd in TLV en UETR) zijn dat de regels afdwingbaar zouden zijn en dat het maximale aantal cabotageoperaties wordt geschrapt, dit in combinatie met een kortere periode waarin cabotageoperaties toegelaten zijn na het lossen van een internationale lading (de verenigingen stellen maximaal drie dagen voor).
- Transporteurs zullen niet meer verplicht zijn om in elke lidstaat een vertegenwoordiger te hebben.
De normale wekelijkse rust voor de chauffeurs zal moeten worden voorzien in een passende accommodatie buiten de cabine.