Snel schakelen is cruciaal in vissector
Mowi Belgium aan het roer met Vendor Managed Inventory
Mowi Belgium – het voormalige Marine Harvest Pieters – is een onderdeel van het Noorse Mowi ASA, ’s werelds grootste producent van Atlantische zalm. De onderneming is gespecialiseerd in de verwerking en commercialisering van een groot assortiment visproducten, van vers tot diepgevroren. De korte houdbaarheid van de verse vis geldt als een cruciale factor in de supply chain. Om de voorraden en leveringen zowel uit eigen perspectief als uit dat van de retailklanten te stroomlijnen, implementeerde Mowi Belgium een variabele minimale houdbaarheidsdatum en Vendor Managed Inventory (VMI).
Mowi heeft als internationaal gereputeerde zalmkweker en -verwerker de volledige keten in eigen beheer: van zalmeitjes en zalmvoer tot versneden en verpakte vis. De onderneming telt in totaal ongeveer 250 kwekerijen in Noorwegen, Schotland, Ierland, de Faeröer Eilanden, Canada en Chili. Samen staan ze in voor de productie van ongeveer 400.000 ton Atlantische zalm, wat goed is voor ongeveer twintig procent van de wereldwijde zalmproductie. “Na het slachten en de verwijdering van de zalmkoppen vertrekt de zalmfilet meteen per vrachtwagen naar ons land”, zegt Wouter Van Thuyne, plant manager bij Mowi Belgium. “Op die manier bereikt de vis ons in Brugge ‘pre rigor’: we ontgraten en ontvellen voordat de lijkstijfheid optreedt, wat leidt tot een steviger structuur van de filet.”
Het portfolio van Mowi Belgium omvat naast zalm nog een breed spectrum van andere vissoorten. De aanlevering van witvis, zoals schelvis, kabeljauw en roodbaars vindt vooral vanuit IJsland plaats. De cyclus tussen de bron en het winkelschap blijkt opnieuw bijzonder kort. “Wat de vissers ’s ochtends vangen, gaan onze lokale partnerbedrijven na de middag al ontgraten, ontvellen en versnijden, zodat de vis nog diezelfde nacht met het vliegtuig naar ons land kan vertrekken. De verpakking gebeurt op de dag van aankomst, waarna we de leveringen ’s avonds klaarzetten om ze de volgende ochtend bij onze klanten te bezorgen. Retailklanten met een verse-vistoonbank in bediening bevoorraden we zelfs dezelfde dag”, aldus Wouter Van Thuyne.
Variabele houdbaarheidsdatum
Mowi Belgium hanteert het FEFO-principe (First Expired, First Out). Goederen waarvan de houdbaarheid het eerst verloopt, verlaten de fabriek ook als eerste. De planners beschikken daartoe over een realtime kijk op de voorraad. Scant een medewerker toch een ‘jongere’ lading, dan zal de software dat automatisch aangeven. “Onze stock blijft altijd zeer beperkt. Wat ons bereikt, moet ons binnen twee dagen alweer verlaten”, legt de plant manager uit. Toen Mowi Belgium vroeger toch met voorraadoverschotten kampte, volgde een onderhandelingsfase met de klant om die overschotten alsnog aan de man te brengen.
Wouter Van Thuyne: “Dat ging gepaard met verschillende telefoontjes, terwijl we gezien de versheid van onze producten slechts over een beperkte tijdsvork beschikken. Om dat tegen te gaan, werkten we met verschillende retailklanten een systeem van variabele houdbaarheidsdata uit. Dat impliceert dat we bij negentig procent van de leveringen een extra dag houdbaarheid verzekeren, maar ook het recht hebben om voor de resterende tien procent een dag minder houdbaarheid te garanderen. De klant wint dus eigenlijk nog op het vlak van versheid, terwijl wij over net iets meer flexibiliteit beschikken.”
Forecasting
Wouter Van Thuyne beschouwt het planningsteam als een cruciale schakel in het raderwerk van Mowi Belgium. De onderneming produceert uitsluitend op order en verwerkt dus enkel wat klanten effectief bestellen. Retailklanten geven hun bestellingen voor de volgende dag dagelijks tussen 11 en 13 uur door. Mowi Belgium forecast de vraag naar witvis met een horizon van één tot twee weken, terwijl de onderneming voor zalm een eerste ruime inschatting van drie maanden hanteert. Ze kan de kwekers op die manier tijdig van cruciale informatie voorzien. “Aan de aanvoerzijde schakelen we waar nodig tussen onze productiesites. We proberen uiteraard de productie- en leveringsflows vooraf zo goed mogelijk in te schatten. Dat kan enkel door de best mogelijke afstemming tussen aanvoer en verkoop”, verduidelijkt Wouter Van Thuyne.
Promotiemechanisme
Mowi Belgium voegde een laag toe aan zijn ERP-pakket LISA van leverancier Claerhout Computer Engineering om het voorraadbeheer te optimaliseren en de bestellingen te forecasten. Voor het voorspellingsproces baseert Mowi Belgium zich onder meer op historische verkoopdata van de afgelopen drie jaar. De visproducent wendt ook zijn sterke aanwezigheid op de Belgische retailmarkt aan. “Grote retailklanten kondigen hun promotionele acties voor de consumentenmarkt bij ons vrij lang op voorhand aan. Uit ervaring weten we vrij exact hoe andere retailspelers die acties beantwoorden. Door op die bewegingen te anticiperen, winnen we aan wendbaarheid.” Mowi Belgium ervaart dat de weersomstandigheden in België het aankoopgedrag van de consument beïnvloeden. “Op een regenachtige dag stellen mensen hun aankopen uit tot de late middag en de vooravond. Waar we vroeger onze productie misschien vroegtijdig zouden terugschroeven, weten we nu dat de verkooppiek gewoon wat uitgesteld is.”
Vendor Managed Inventory
Bij promotionele acties van klanten moet Mowi Belgium vaak nog veel last minute bestellingen verwerken. “Retailers hebben de neiging het effect van kortingen te onderschatten. Dat weegt uiteraard door op de productie, de planning en de logistiek. Bovendien rijden door die laattijdige bestellingen ook halfvolle trucks uit”, schetst Wouter Van Thuyne.
Mowi Belgium werkte daarom in samenwerking met een retailklant een Vendor Managed Inventory-systeem (VMI) uit. “We brengen de goederen naar een onafhankelijk warehouse, waar de klant de visproducten pickt die hij nodig heeft. Onze planners volgen de status van die geleverde goederen in real time op. We kunnen proactief reageren op een slinkende voorraad door een nieuwe levering voor te bereiden en er het logistieke luik op af te stemmen.”
De facturering gebeurt op basis van de gepickte goederen. Kampt het magazijn toch met te veel vis, dan vertrekt die onder meer richting de Voedselbanken, waarbij Mowi Belgium alle kosten voor zijn rekening neemt. Blijkt de voorraad ontoereikend, dan loopt de visproducent een boete op. “Dat alles weegt niet op tegen de hogere efficiëntie op het vlak van productie, capaciteit en logistiek. We kunnen onze leveringen bijvoorbeeld beter bundelen. VMI draagt dus onrechtstreeks bij aan een duurzame bedrijfsvoering en aan kostenbesparingen. Door echt op maat te werken, is de versheid extra verzekerd”, legt Wouter Van Thuyne uit.
Grote meerwaarde
Het duurde volgens onze gesprekspartner twee jaar voordat het VMI-proces helemaal op punt stond. Mowi Belgium nam daartoe twee extra medewerkers in dienst. “Een belangrijke voorwaarde is dat de klant openstaat voor een zekere transparantie, aangezien hij bereid moet zijn data te delen. We zien nu immers tot op winkelpuntniveau hoe onze voorraden er evolueren. Zo’n traject versterkt de band met de retailer. Als leverancier en klant trek je samen aan hetzelfde zeel”, luidt het.
Door middel van een nauwkeurige forecasting, een variabele houdbaarheid en VMI bouwde Mowi Belgium de productieschommelingen af, waardoor het ook nachtshifts kon afbouwen. Dat een van de toplui van de Amerikaanse supermarktketen Walmart – een van de grootste klanten van Mowi – naar België afzakte om zich in de werking van het VMI-systeem te verdiepen, onderstreept de meerwaarde ervan.
W. Van Thuyne: “VMI was voor ons aanvankelijk een stap in het onbekende. We boekten voortdurend vooruitgang en beschouwen het nu als een manier om meer controle over onze supply chain te verwerven. We hopen dat ook andere retailers hun wagonnetje aanhaken en beschikken nu over data, die de voordelen van VMI zwart op wit aantonen.”
Laatste mijl
Mowi Belgium besliste enkele jaren geleden om het transportluik af te stoten en het aan een externe partner uit te besteden. “We zijn in de eerste plaats een visspecialist en willen ons op die kernactiviteit focussen”, verduidelijkt Wouter Van Thuyne. “Het transport naar onze foodserviceklanten blijft een grote uitdaging. Grootkeukens en restaurants verwachten een levering tussen 7 en 10 uur ’s ochtends, terwijl stadscentra niet bepaald aan bereikbaarheid winnen. We bestudeerden zelfs al de mogelijkheid van een stadshub, met de laatste mijl via fietskoeriers. Het kostenniveau van die optie bleek zeker in het geval van geconditioneerd transport helaas niet haalbaar, zowel voor onszelf als onze klanten. We nemen duurzaamheid wel mee in onze tenders en leggen de lat op het vlak van CO2-uitstoot en groene energie, geheel volgens de maatschappelijke tendensen, hoger.”