Klaar voor het Internet of Things

Op de recentste wereldconferentie van IFS, die eind oktober in Göteborg plaatsvond, spreidde de softwareleverancier een hernieuwd enthousiasme tentoon. Dat komt er na de intrede van EQT, een Zweeds investeringsfonds dat onder andere ook Bureau van Dijk in portfolio heeft. “Dankzij EQT hebben we meer middelen ter beschikking om gericht te investeren”, aldus CEO Alastair Sorbie. Het IFS management heeft dan ook duidelijke instructies gekregen over het groeipad en dat schept mogelijkheden op het vlak van ontwikkelingen en overnames. 
Wilfried Gschneidinger, CEO van IFS Central Europe en ook verantwoordelijk voor de Benelux: “In onze commerciële activiteiten gaan we in rechtstreekse concurrentie met de grote ERP-bedrijven en dat zal in de toekomst steeds meer het geval zijn. Wij mikken op dezelfde mondiale bedrijven, maar onze bedrijfspakketten bieden door hun doorgedreven modulariteit en gelaagde structuur veel meer flexibiliteit dan wat traditionele leveranciers voor het corporate segment kunnen aanbrengen.”

De groeistrategie betekent ook dat IFS nu de eerste stappen zet in een verkoopnetwerk met externe partners die zelf de verantwoordelijkheid voor een implementatie op zich kunnen nemen. “Tot voor kort waren wij als IFS de eerste aanspreekpartner en schakelden we wel externe consultants en implementatiespecialisten in”, licht Wilfried Gschneidinger toe. “Nu willen we onze partners de kans bieden zelf verkopen te realiseren en projecten te beheren. In Nederland hebben we zo een overeenkomst gesloten met Eqeep. Daardoor moet onze markt aanzienlijk groter worden.”

Verder moet ook een doorgedreven globalisering nieuwe deuren openen. “Think global, act local”, gaat Wilfried Gschneidinger verder. “We willen producten en diensten aanbieden voor mondiale bedrijven, maar we zorgen wel voor een implementatie die aan de lokale omstandigheden is aangepast: taalversies, juridische verplichtingen, lokale gewoontes, enzovoort. Dat houdt ook in dat we rekening houden met de marktomstandigheden ter plaatse. IFS heeft in de meeste landen veel klanten in sectoren als energie en telecom, de grote bedrijven met zware investeringen in infrastructuur. In Duitsland is dat echter geen doelmarkt, die bedrijven zijn allemaal klant bij SAP. Daar mikken we eerder op de industriële bedrijven. Maar in Oost-Europa hebben we net veel succes bij de elektriciteitsbedrijven.” 
In de Benelux staat IFS vooral sterk in Nederland, waar het bijvoorbeeld in het maritieme segment een grote klant als Boskalis bedient. Klanten in België zijn o.a. onderneming van het jaar Vyncke en producent van motoroliën Wynn’s.

​Asset based industry

IFS staat traditioneel sterk in de ‘asset based industry’, bedrijfssectoren met een zware infrastructuur zoals energie, olie & gas, telecommunicatie en de industrie. De softwareleverancier biedt een pakket voor het beheer van de installaties in kwestie en het onderhoud dat ermee gepaard gaat. Om die markt te bedienen, nam IFS in het verleden een aantal aanbieders van oplossingen over, waaronder Metrix en 360 Scheduling. 
De grootste uitdaging van het ogenblik zit in de sfeer van mobility. Steeds meer gebruikers consulteren rapporten en voeren informatie in via mobiele toestellen. Technici en onderhoudsmedewerkers die bij de klant ter plaatse komen, zijn daarin de voorlopers. Zij maken zeker deel uit van het centrale doelpubliek van IFS. De softwareleverancier heeft op dat vlak al grote stappen gezet en is volledig neutraal op het vlak van mobiele platformen; Android, iPhone of Microsoft, ze worden allemaal op dezelfde manier bediend. CEO Alastair Sorbie drukt erop dat ook in de toekomst een groot deel van de investeringen nog naar mobiliteit zal gaan.

​Internet of Things

Die doelgroep van de bedrijven met grote infrastructuur is de allereerste die ook de voordelen van het Internet of Things (IoT) zal kunnen aanvoelen. Nu al worden heel wat technische installaties uitgerust met sensoren die informatie kunnen doorspelen over slijtage, onregelmatigheden en andere aspecten. IoT houdt de belofte in van een gemakkelijkere opvolging van de toestand van machines en apparaten via allerlei netwerken, waaronder ook mobiele telefoonnetten en het internet. 
Ben Salama van Accenture nuanceert dat algemene beeld: “Volgens Gartner is IoT de meest gehypte technologie van de laatste tijd. Wij geloven dat de echte toegevoegde waarde te vinden zal zijn in de industriële toepassing en dan met name in ‘asset optimization’. Hoe slaagt een bedrijf erin om installaties langer te gebruiken met minder pannes? Maar dat is niet alles. Het gaat ook om het realiseren van nieuwe omzet en een verbeterde interactie met klanten. Wanneer een bedrijf erin slaagt ‘real time’ informatie te verkrijgen vanuit zijn machines en daarover met de gebruikers te communiceren, is dat een erg waardevolle uitgangspositie. Veel klanten zijn nog bezig met experimenten om de informatie die ze nu al hebben in toegevoegde waarde om te zetten. Vaak zullen bedrijven ervoor opteren hun machines en installaties niet meer te verkopen, maar ter beschikking te stellen van klanten in een verhuurmodel of zelfs als onderdeel van een bredere dienstverlening. Op die manier kunnen ze dankzij IoT uitgroeien tot ‘outcome based solutions providers’.”

​Sensoren verbonden via de cloud

Die visie over een industrieel Internet of Things vormt voor IFS de aanleiding om zelf ook met een aangepast product op de markt te komen: ‘Internet of Things Business Connector’. Dat moet de interface zijn tussen de businesstoepassingen van IFS en de sensoren op het terrein. Die aankondiging tijdens IFS World riep bij de aanwezige analisten heel wat vragen op. Er zijn nu al honderden platformen waarop IoT data worden verwerkt en doorgeven. Is er dan behoefte aan nog een extra infrastructuur? 
Dan Matthews, chief technology officer bij IFS: “We hebben niet de intentie het warm water opnieuw uit te vinden. Ons nieuwe product is erop gericht onze bedrijfstoepassingen te verbinden met de IoT-capaciteiten die nu al aanwezig zijn in Microsoft Azure. Dat cloudplatform is helemaal voorzien op de verbinding met verspreide apparaten en het beschikt over een uitgebreide set aan analysemogelijkheden. Onze IoT Business Connector zorgt ervoor dat de resultaten van die analyses zodanig gekoppeld worden aan onze toepassingen dat verantwoordelijken in het bedrijf ook meteen actie kunnen ondernemen. Wij focussen ons op dat stukje van de functionaliteit.”

De cloud is hoe dan ook een prioriteit voor IFS. Het bracht nog maar pas IFS Applications 9 uit met een versie voor de cloud. Intussen stelt het softwarebedrijf vast dat niet minder dan 34% van de nieuwe klanten voor de managed cloud-oplossing kiest. Het succes is daarbij wel heel regionaal bepaald. Zo zijn Scandinavië en Nederland erg ver gevorderd, terwijl Duitsland achterophinkt, ook al door hun strenge wetten rond databescherming.

​De volgende stap in BI

IFS kondigde een tijd geleden al aan dat het VisionWaves had overgenomen, een Nederlands bedrijf dat Enterprise Operations Intelligence oplossingen (EOI) biedt aan grote klanten als Emirates en ING. IFS heeft meteen extra geïnvesteerd om het product snel te versterken. 
Alfred Godeke, oprichter van VisionWaves en intussen managing director van IFS Enterprise Operational Intelligence: “Onze doelstelling bestaat erin bedrijven te helpen beter zaken te doen en meer winst te maken. Dat moet mogelijk zijn door het beheer van het bedrijf in functie van strategische objectieven met een directe impact op de concrete activiteiten. Met onze software krijgen de operationele verantwoordelijken alle informatie ter beschikking die ze nodig hebben om beslissingen te nemen en ze kunnen ze ook meteen uitvoeren. Elke verantwoordelijke heeft zo zijn eigen cockpit waarin hij zicht krijgt op de actuele stand van zaken van de processen waarvoor hij verantwoordelijk is. Het verschil met de klassieke BI is dat het hier niet gaat om een verslaggeving van de oude gegevens in rapporten of het beste geval een dashboard. Met EOI werken we met de actuele transactionele data en krijgen we de mogelijkheid meteen echt in te grijpen.”

Nog tijdens het congres kwam Wilfried Zilken, CEO van de Thomas Gruppe (bekend van het merk Lattoflex), getuigen over zijn ervaring met de software. “We wilden onze rapportering naar een hoger niveau tillen en waren aan het bekijken of de business intelligence toepassingen ons zouden kunnen helpen. Toen we van het aanbod van IFS hoorden, zagen we meteen dat dit beter geschikt was voor ons. Intussen hebben we voor de leden van onze raad van bestuur verschillende cockpits gebouwd met aandacht voor de verkoop, kosten, finance en liquiditeit. Tijdens het allereerste vergadering daarover hebben we op twee uur tijd een business map gemaakt voor het verkoopproces en die is nu nog steeds geldig. Het kan dus erg snel gaan.”

Alfred Godeke wijst erop dat de analyse van de bedrijfsstrategie, de mapping van de processen en de selectie van de juiste databronnen heel zorgvuldig moeten verlopen om een correcte weergave te maken van de reële prestaties van het bedrijf. 
Wilfried Zilken: “In ons bedrijf is dat inderdaad gebleken. Het plan uittekenen ging vrij vlot, maar het viel ons wel tegen dat de bedrijfsdata niet zo schoon waren als eerst gedacht. Maar toen dat eenmaal in orde was en we onze belangrijke processen op de voet konden volgen, waren we ook in staat de processen zelf aan te passen en belangrijke verbeteringen te realiseren. Die aanpassingen zijn geregeld aan de orde. Ons bedrijf krijgt bijvoorbeeld concurrentie van nieuwe uitdagers en dan kan het nodig zijn dat we bijvoorbeeld onze supply chain aanpassen en de kosten in de productie en de logistiek moeten drukken.”

Kaderstuk: ​Elk kwartaal een update

IFS kondigde aan zijn ERP- en andere bedrijfstoepassingen voortaan veel sneller aan te passen en een soort abonnement aan te bieden waardoor klanten veel meer geneigd zijn de nieuwste versies te installeren. Dat moet voorkomen dat klanten een aantal aangepaste releases niet nemen en uiteindelijk vast komen te zitten en niet meer kunnen upgraden. Bedrijven doen dat vaak om de kosten van een nieuwe versie uit te sparen. IFS maakt zich sterk dat door de kwartaalupdates de kosten voor zowel klanten als IFS sterk zullen dalen. Zo liep er een pilootproject bij Saab, waar de kosten voor updates met 80% blijken te kunnen dalen. 

Die flexibele upgrades worden mogelijk door een nieuwe organisatie van de software zelf. IFS hanteert intussen een gelaagde methodiek met onderaan de kernsoftware, daarboven lagen voor extensies, gelokaliseerde versies, specifieke bedrijfsaanpassingen, configuraties en helemaal bovenaan gepersonaliseerde schermen en workflows. Aanpassingen kunnen nu onafhankelijk van elkaar op elk niveau plaatsvinden. Op die manier moet het mogelijk zijn bugs uit de kernsoftware te verbeteren en te implementeren, zonder de configuraties en personaliseringen aan te passen.