Het huis van de toekomst voor de logistiek
Log!Ville opent als grootste logistiek demonstratiecentrum van Europa
Het grootste innovatie- en demonstratiecentrum voor de logistiek in Europa is officieel geopend. Met 2.500 vierkante meter aan innovatieve logistieke oplossingen is Log!Ville in het Antwerpse Niel uniek in zijn soort. “Hier demonstreren we de nieuwste mature technologieën voor de supply chain”, zegt algemeen directeur Patrick Aertsen.
Tot voor kort een vaccinatiecentrum waar tienduizenden mensen hun coronaprik kregen, sinds begin oktober officieel het epicentrum van de logistiek in ons land. De verwachtingen rond Log!Ville in het Wetenschapspark in Niel, met een prijskaartje van 5,6 miljoen euro, zijn torenhoog. En dat moet ook, zegt Patrick Aertsen. Als algemeen directeur ziet hij het innovatie- en demonstratiecentrum als z’n baby. De ambities zijn duidelijk: de wereld van de logistiek veranderen. “Welke uitdagingen komen er op ons af? Hoe pakken we ze aan? En hoe implementeren we de innovaties in bedrijven? Het zijn die vragen waar we mee aan de slag gaan. Verandering begint altijd bij een vraagstelling”, verduidelijkt hij.
Log!Ville biedt een mix van innovatie, afkomstig van start-ups die er een platform krijgen om zich te presenteren, scale-ups, grote ondernemingen en kennisinstellingen. Beschouw het gerust als ‘het Living Tomorrow’ voor de logistiek. Meer dan dertig partners uit diverse sectoren en drie provincies – Antwerpen, West-Vlaanderen en Limburg – zetten hun schouders mee onder het project. “Belangrijk is dat we een open centrum zijn”, zegt de algemeen directeur. “Log!Ville is een open innovatieplatform waar we met allerhande partijen willen samenwerken, niet alleen met bedrijven, maar ook met bijvoorbeeld hogescholen en universiteiten. De toekomst is onzeker, er komt heel veel innovatie op ons af. Het is onze bedoeling de contouren van die toekomst scherper te maken. Maar ook: hoe kunnen we mensen en bedrijven ertoe aanzetten nieuwe innovaties te proberen?”
Innovatie ruiken en voelen
Met zijn oppervlakte van 2.500 vierkante meter is Log!Ville als innovatiecentrum voor de logistiek de grootste in zijn soort in Europa. Het centrum richt zich voornamelijk tot logistieke professionals die nauw betrokken zijn bij innovatiemanagement. Het was Liesbeth Geysels, algemeen directeur van het Vlaams Instituut voor de Logistiek (VIL), die vijf jaar geleden droomde van de oprichting van een demonstratie- en belevingscentrum. “We wilden iets extra’s voor de sector doen, nieuwe technologieën demonstreren. Sindsdien hebben we een lange weg afgelegd”, vertelt ze. Toen in 2019 de eerste steen werd gelegd, leek niks de opstart van het centrum nog in de weg te staan. Maar toen kwam corona. “In maart 2020 heb ik me verschillende keren afgevraagd waar we aan begonnen waren. Alle ministers riepen op om in ons kot te blijven. Net op dat moment moesten we beginnen met business development. Bedrijven contacteren met de melding dat we een open bezoekerscentrum zouden creëren waarin we 6.000 bezoekers op jaarbasis garanderen, leg het maar uit… Het was zeker niet de makkelijkste periode. Vandaar dat ik wil benadrukken dat Log!Ville geen onemanshow is. Dit is tot stand gekomen dankzij een team van mensen en alle partners.”
Liesbeth Geysels is ervan overtuigd dat Log!Ville een grote meerwaarde zal betekenen. “Veel kmo’s denken dat innovatie een ver-van-mijn-bedshow is en zijn vooral bezig met hun dagelijkse operationele activiteiten”, zegt ze. “Ik ben ervan overtuigd dat ze zich gaan realiseren dat het ook voor hen interessant is als ze de innovatie eenmaal kunnen testen, ruiken en voelen.”
Alles onder één dak
Een rondleiding door Log!Ville toont meteen dat de ambitie niet uit holle woorden bestaat. “We hebben alles onder één dak om ondernemers aan te moedigen hun logistieke operaties te automatiseren, digitaliseren en verduurzamen”, stelt Kurt Van Donink, voorzitter van Log!Ville. Het centrum zet volop in op logistieke innovatie met een fysieke demonstratieruimte, een gevisualiseerde beleving en een ‘state-of-the-art’ ontmoetingscentrum. Elke centimeter van het gebouw ademt innovatie. De sprekende robot bij binnenkomst is slechts peanuts in vergelijking met wat bezoekers verder te zien krijgen: vrachtwagens op waterstof, voorraadbeheer met drones, autonome mobiele magazijnrobots, ‘smart city logistics’ en ga zo maar door. Bedrijven vinden in Log!Ville allerlei innovatieve ideeën en oplossingen voor de organisatie van hun logistieke processen onder één dak.
Smart city logistics
In het gebouw kun je met behulp van VR-brillen ook letterlijk in de toekomst kijken. De virtuele belevingsruimte focust op logistieke trends om bezoekers te laten kennismaken met de logistieke sector van morgen. Je ontdekt er onder meer het smart city logistics concept. Daarmee wordt een alternatief gezocht voor de dichtslibbende steden, via een logistiek consolidatiecentrum aan de rand van de stad en een buizensysteem om goederen aan hoge snelheid van en naar de stad te vervoeren. Dat is trouwens geen verre toekomstmuziek meer; het systeem wordt in principe in de loop van 2024 al in Noord-Londen geïmplementeerd.
En wat te denken van het ‘digital production passport’? Dat zegt alles over de identiteit van een product: de herkomst, de samenstelling, de locatie van de grondstoffen en welke verschillende transportmodi eraan te pas zijn gekomen. Hoe meer CO2-uitstoot er bij het transport is komen kijken, hoe lager de score op het duurzaamheidscertificaat. “Wordt dat straks allemaal werkelijkheid? Dat zal de toekomst moeten uitwijzen”, pikt Patrick Aertsen in. “Het belangrijkste is mensen en bedrijven te stimuleren om nieuwe dingen te proberen.”
Matuur, maar nog niet mainstream
In het fysieke demonstratiecentrum van Log!Ville bevinden zich de nieuwste technologische ontwikkelingen voor de supply chain. Je ontdekt er innovatieve logistieke oplossingen die marktmatuur zijn, maar niet mainstream. “Oplossingen die net dat extraatje kunnen bieden dat je nodig hebt om je toekomstbestendig van de concurrentie te onderscheiden”, legt Patrick Aertsen uit.
Elk van de partners stelt er z’n nieuwste innovaties tentoon. Zo toont AirProducts hoe waterstof een oplossing kan bieden voor een schonere transportsector en hoe vrachtwagens op waterstof de ecologische voetafdruk van de supply chain verkleinen. ECS onderstreept dan weer het belang van innovatie in containertranspor en Toyota demonstreert een volledig zelfrijdende handpallettruck die mensen én signalisatieborden herkent en zo een traject door het magazijn kan afleggen. Verder stelt het bedrijf een schaalmodel van een ultralifter tentoon. Pallets kunnen zo met een snelheid van tien meter per seconde in de hoogte worden weggezet. “Zeker in hoogbouwmagazijnen kan dat een enorme tijdswinst opleveren”, klinkt het. De twee toestellen behoren tot dezelfde productfamilie, waardoor ze als een ‘swarm’ met elkaar in dialoog kunnen gaan.
Tussen dat alles vliegt ook een drone die alle QR-codes in de rekken scant. De drone kijkt daarbij welke pallets of producten verkeerd staan en eventueel een andere plaats moeten krijgen. “Ook stockopname is mogelijk. Of de drone kan meteen aantonen welke producten moeten worden aangevuld”, licht Patrick Aertsen toe.
Een van de kernpartners van Log!Ville is Siemens. “Wij zijn heel goed op de hoogte van de uitdagingen en trends op het vlak van logistiek en wegtransport, maar we kennen ook de technologieën die daarop een antwoord bieden”, vertelt Eddy Nelis, senior vice president bij Siemens. “Met het partnership willen we ons engagement benadrukken om andere bedrijven te inspireren en zo de sector te stimuleren.”
Innovatie omarmen
Vlaams viceminister-president en voogdijminister Hilde Crevits (CD&V) noemt Log!Ville een nieuwe ‘landmark’ in het logistieke landschap. “Zonder logistiek komen we trouwens nergens, dat is tijdens de coronacrisis nogmaals gebleken”, zegt ze. “Toch maakt het woord ‘logistiek’ nog te weinig los in onze samenleving. Log!Ville kan ervoor zorgen dat alle Vlamingen geprikkeld worden door wat er in de logistiek allemaal gebeurt, zodat zij de innovatie in de sector meer gaan omarmen. Daarom moeten we als regering voldoende middelen blijven voorzien voor innovatie.”
MM