Flitst quick commerce ook onze steden binnen?
Zoeken naar balans tussen efficiëntie en snelheid
Flitsleveringen blijken in ons land voorlopig nog geen onverdeeld succes. Dat illustreert het recente stopzetten van de Belgische tak van Gorillas. Toch geloven veel retailers, e-commercespelers en producenten sterk in de toekomst van instant thuisbezorgingen. Met welke levertijd verenig je efficiëntie en klanttevredenheid, welke logistieke organisatie is vereist en wat is de rol van automatisering? Over die vragen debatteerden verschillende belanghebbenden tijdens een panelgesprek op Home Delivery Europe in Amsterdam.
Met vertegenwoordigers van Cora Group/Louis Delhaize, de Turkse supermarktketen Migros Ticaret, Unilever en flitsbezorger Gopuff weerklonk in het panel de stem van actoren met uiteenlopende achtergronden en belangen. Ludovic Holiner, CEO van Cora Group/Louis Delhaize, beschouwt snelle leveringen als een middel om de groepsactiviteiten verder te ontwikkelen. Hij identificeert op het vlak van marktvraag regionale verschillen. “In Frankrijk staat het click & collect-model zeer sterk, terwijl de Belgische, Roemeense en Luxemburgse consument meer thuisleveringen verwacht. Quick commerce kent het grootste potentieel in steden met een grote bevolkingsdichtheid. Daar zie ik het businessmodel het snelst aan belang winnen. In Roemenië zijn we al gestart met leveringen binnen de vijftien tot twintig minuten.”
De vraag van één miljoen
De Turkse supermarktketen Migros Ticaret bevindt zich nog enkele stappen verder. “De markt heeft ons een vijftal jaar geleden gedwongen om snel te schakelen”, legt chief retail operations officer Mustafa Bartin uit. “Flitsbezorger Getir – die ondertussen ook in onder meer Nederland en Duitsland opereert – begon toen aan een opmars in Turkije. We konden het niet riskeren om weggeveegd te worden door een ‘pure player’ en besloten om eveneens op de kar te springen.”
Migros Ticaret beschikte toen al over de nodige ervaring op het vlak van klassieke leveringen aan huis. “Dat heeft ons zeker geholpen, maar bleek allerminst naadloos te kopiëren naar een model van flitsbezorgingen. Hoe je efficiëntie en snelheid optimaal in balans krijgt, blijft de vraag van één miljoen. Want waar ligt het punt waarbij de kosten minder hoog zijn voor de bezorger en de consument tevreden blijft? Ik weet ook niet of het voor de consument echt nodig is om producten binnen vijftien minuten te ontvangen. Naar mijn mening moet een levertijd van dertig tot veertig minuten volstaan. Maar ik ben niet blind voor de almaar groeiende groep consumenten die het nog sneller wil. De pure players hebben die interesse sterk aangewakkerd.”
Een van die disruptieve spelers is de Amerikaanse flitsbezorger Gopuff. Naast een sterke vertegenwoordiging in de thuismarkt is de onderneming ook in drie Europese markten actief: Spanje, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Vicedirecteur Bryan Batista ziet een natuurlijke evolutie. “Toen e-commerce nog in de kinderschoenen stond, was een levertijd van enkele dagen al heel scherp. In een latere fase lag de lat op één dag, gevolgd door dezelfde dag en nu soms al op enkele tientallen minuten.” Gopuff zoekt het optimale evenwicht. “In steden als Londen en Parijs leek een levertijd van tien minuten het hoogste goed, maar daar blijkt nu toch wat meer rek op. We proberen zelf uit te vissen wat de consument als aanvaardbaar beschouwt en hoe hij reageert bij een langere levertijd. Betrouwbaarheid is minstens even belangrijk. De klant wil dat zijn product op het aangekondigde tijdstip aankomt. Wat je belooft, moet je ook waarmaken.”
Ice Cream Now
Flitsbezorging genoot oorspronkelijk veel bijval voor producten als snacks en alcohol. “Wie onverwacht vrienden over de vloer kreeg, beschikte op die manier toch over de nodige spijs en drank”, verduidelijkt Bryan Batista. “Die behoefte breidde zich uit naar meer noodzakelijke referenties, zoals luiers en medicijnen. In een volgende fase kwamen daar kookingrediënten bij, ideaal voor drukbezette mensen met weinig tijd om te winkelen.” Vandaag levert Gopuff drieduizend tot vierduizend SKU’s binnen het halfuur. “Van cosmetica, over huishoudelektronica, tot verse voeding. We stellen ons assortiment per locatie samen in functie van de verwachtingen van de consument.”
Om die noden in te schatten, werkt Gopuff samen met supermarkten en producenten als Unilever, Mars en Pepsi. Matt Close, verantwoordelijk voor de ijstak van Unilever, steekt zijn enthousiasme voor ‘quick commerce’ niet onder stoelen of banken. “IJs is hét impulsproduct bij uitstek”, meent hij. “Dankzij flitsbezorgingen kunnen we een zeer snelle conversie realiseren.”
Unilever heeft met Ice Cream Now een afdeling opgericht die zich specifiek op flitsleveringen toespitst. De organisatie voerde vorig jaar meer dan 120 experimenten uit om na te gaan hoe ze de consument het best bereikt. Ice Cream Now biedt bijvoorbeeld de mogelijkheid tijdens het volgen van online games een banner aan te klikken, waarmee je direct ijs bestelt. Marketing vormt volgens Matt Close een cruciale factor. “Je moet de geïnteresseerde doelgroep lokaliseren en prikkelen. We beschouwen onze quick commerce partners daartoe als een cruciaal onderdeel van ons ecosysteem en zetten samen met hen sterk in op het verzamelen en delen van data.”
Dark store en automatisering
Het organiseren van een quick commerce structuur vormt voor retailers een grote uitdaging. Louis Delhaize doet een beroep op ‘in-store picking’, maar beschikt ook over ‘dark stores’. “Het ideale pickingmodel hangt af van waar we ons bevinden en welk model we willen promoten”, licht Ludovic Holiner toe. “In een groot magazijn beschik je over meer mogelijkheden, maar vergroot de afstand tot de consument, terwijl je bij instant leveringen net een hoge bezorgfrequentie beoogt.”
“We hebben een lange weg afgelegd”, blikt Mustafa Bartin van Migros Ticaret terug. “In eerste instantie borduurden we verder op de in-store picking die we bij klassieke thuisleveringen hanteerden. Dat bleek al snel te weinig efficiënt. We merkten dat een microfulfiment center bij onze winkels het best aansloot bij onze activiteiten.”
De Turkse supermarktketen vult zijn dark stores, met een oppervlakte van ongeveer tweehonderd vierkante meter, met vier- tot vijfduizend bestsellers uit zijn gamma. Migros Ticaret implementeerde semi-automatisering in zijn magazijnen. “We vonden geen geschikte oplossing op de markt en beslisten onze robotisering zelf te ontwikkelen”, klinkt het. Uit de cocreatie met technologiespeler Asis Automation vloeide de robot Taro voort. “De picker neemt plaatst op het voertuig dat hem automatisch via de snelste route richting de aangewezen picklocatie brengt. In het winkelschap licht het label met het te picken product op, waarna de medewerker het uit het rek haalt, scant en in zijn mandje plaatst.”
Automatisering zet zich vooralsnog op beperkte schaal door bij Gopuff. “De beoogde snelheid en de aanwezigheid van verse producten maken het lastiger om te automatiseren”, meent Bryan Batista. “We willen eerst de gewenste schaal bereiken, alvorens die stap te zetten. Het is geen kwestie of we het gaan doen, maar wel wanneer.”
Wat met winstgevendheid?
De vraag blijft natuurlijk in hoeverre quick commerce een winstgevende activiteit vormt. “De winstgevendheid hangt bij flitsbezorgingen sterk af van het gemiddelde aantal producten per bestelling en het aandeel verse producten. Dat moet je proberen aan te sturen”, verduidelijkt Ludovic Holiner namens Louis Delhaize. “We willen zowel online als offline dezelfde prijzen afficheren”, voegt Mustafa Bartin van Migros Ticaret toe. “Daartoe is het belangrijk dat onze leveranciers eveneens in dat verhaal meestappen. We hebben het grote voordeel dat we met onze fysieke winkels al in het hele land aanwezig zijn en de gouden cirkel van vijfentwintig kilometer afstand tot de consument afdekken. Het fulfimentluik weegt met voorsprong het zwaarst door op onze kostenstructuur. De kosten ervan hebben we dankzij onze robotisering met dertig procent teruggedrongen. Het pad naar winstgevendheid ligt niet voor de hand, maar ik geloof wel dat het kan.”
Voor Bryan Batista komt het erop aan het midden te vinden tussen groei en winstgevendheid. “Je kunt ervoor opteren geografisch snel uit te breiden of kiezen voor groei vanuit enkele focusmarkten. Als je dat laatste doet, dan kun je in het bijzonder in gebieden met een hoge bevolkingsdichtheid efficiënt te werk gaan en mooie resultaten boeken. Je moet daartoe exact weten wat klanten willen en welke producten binnen een bepaalde regio het beste aanslaan. We gaan na wat de consument aanklikt, welke zoektermen hij intikt, wat hij links laat liggen, enz. Op die manier slaag je erin het aangewezen aanbod tegen een correcte prijs te bezorgen. De samenwerkingen met retailers en producenten zijn op dat vlak van goudwaarde.”
Minder verspilling
Matt Close van Unilever ging in het debat ook het duurzaamheidsaspect niet uit de weg. Naast de mogelijkheid van leveringen per fiets of elektrische scooter, legde hij nog twee opmerkelijke argumenten op tafel. “Wie ijs bestelt, zal de komst van de koerier likkebaardend tegemoet zien. Het aantal afwezige consumenten en daaraan gekoppelde vruchteloze verplaatsingen blijft dus miniem. Bovendien bestelt de klant enkel wat hij op dat moment nodig heeft en is voedselverspilling bijgevolg niet aan de orde.”
Premium
Deze inhoud is enkel leesbaar voor ingelogde Value Chain abonnees.
Heeft u een abonnement op het Value Chain informatiepakket? Meldt u aan via onderstaande knop en lees het gewenste artikel of magazine online.